Zicht op doel


“Wat is het”, dacht ik na verloop van tijd, “dat de mensen en het leven in het oosten verschillend maakt, een andere smaak geeft?” Die vraag dwong eerst en vooral tot bestudering van de gebruiksaanwijzing waarmee ik mezèlf tot dan toe een weg door de gebeurtenissen had gebaand. ‘Lineair’, stond er met vette letters in. Dat zou als volgt kunnen klinken.

We zetten een stap, verrichten een handeling. Die is in een bepaalde richting, de richting van een doel. Dus met die stap passeren we een stukje van de weg die ons brengt naar de beoogde bestemming. Daar zit een tijd- en
afstandselement in. Je kunt op een dag zo en zoveel doen en na verloop van tijd dus dat en dat bereiken. Je ziet de rechte lijn bijna voor je. Er is iets dat moet gebeuren. Ik stop er een berg energie in. Dan bereik ik dat en klaar is Kees.

Maar na verloop van tijd bekroop me het gevoel dat ik werd bedonderd. Als het afgesproken punt al werd bereikt leek het toch nooit helemaal op wat ik me ervan had voorgesteld, namelijk het doel, de finish, de oplossing van dat waarvoor ik in eerste instantie was vertrokken. Er was in het hele traject een opeenstapeling van verwachting en die leidde veel vaker tot desillusie dan tot tevredenheid. Kees bleek nooit klaar, en dat was een uiterst onbevredigende constatering.
Deze kijk op dingen doen biedt ruim baan voor prestatie, vooruitgang, efficiëntie, ontwikkeling, maar daar leek de mens in mij op de een of andere manier niet zo bar veel mee op te schieten. Hoe dan ook: ik was niet anders gewend. Dat het überhaupt anders mogelijk was, daarvan had ik geen idee.

Dan het oosten. In het oosten is er ook actie; Aziaten eten, wonen, werken, socializen. Sec bekeken ziet dat er niet veel anders uit. Maar ‘doel’ en ‘weg’ dragen hier een totaal andere betekenis. De stap van een mens hier is niet slechts het passeren van een stuk weg dat leidt naar het doel. Een stap is in zichzelf de hele weg en dus ook bestemming.
Actie is niet zozeer in een specifieke richting, maar meer in alle richtingen tegelijk, in de richting van totaliteit. De oosterling lijkt te zien: als ik hier iets in beweging zet, is dat niet een geïsoleerde gebeurtenis, maar actie die naar alle kanten effecten in gang zet; die alle andere acties en plaatsen beïnvloedt. ‘Er kan niet iets naar rechts, zonder dat er ergens anders iets naar links gaat’, zoals Herman van Veen in een interview ooit zei. Als je de weg op deze manier kunt gaan komt het functionele, dat wat je ‘buiten’ nodig hebt,  vanzelf naar jou toe. Ofwel: dat wat gebeurt is doel.

Perfectie is niet aan het einde van de weg. De weg, de actie hier is een uiting van perfectie. We zijn niet slechts geslaagd als handelingen ons bij een finish hebben gebracht. We zijn geslaagd als we in elke stap het doel zien en waarmaken. Daarmee komt voldoening, daarmee komt oplettendheid en, dankzij de afwezigheid van de rechte lijn, elegantie.

“We hebben een kamer. Met het plaatsen van nette meubels maken we haar mooi.“
“De kamer is mooi. Met het netjes plaatsen van meubels doen we haar recht.”

Het zijn twee totaal verschillende oriëntaties, met verregaande gevolgen voor hoe je de dag ingaat, wat je er treft, en wat je er verdient.


Reacties